‘Wantrouwen brengt je niet verder’ - interview Ger Peeters, bestuurder Wonen Limburg

Wonen Limburg stelt niet de stenen, maar de mensen centraal. ‘Dat gemeenschappelijk besef maakt dat je vanuit vertrouwen kan werken,’ stelt bestuurder Ger Peeters. Volgens hem sluit de transformatie van de Limburgse corporatie aan bij de beweging Toezicht met Passie.

Tekst: Lisette Vos

Ger Peeters trad in 2011 samen met bestuurder Wim Hazeu aan om Wonen Limburg (na een fusie) tot één toekomstgerichte organisatie om te vormen. Tijdens sessies met zogeheten ‘dreamteams’ (met elk tien medewerkers die dwars door de organisatie werken) kwam de gefuseerde corporatie snel tot de kern: Wonen Limburg biedt mensen een thuis. ‘Niet de stenen, maar de mensen staan centraal.’

De maatschappelijke rol van de corporatie staat in de (vraaggestuurde) organisatie centraal. Huurders krijgen meer zeggenschap en verantwoordelijkheid. Peeters: ‘Dat gemeenschappelijk besef maakt dat je vanuit vertrouwen kan werken. Als iedereen weet waar we samen aan werken, geeft dat ruimte aan medewerkers, óók om fouten te maken. Wantrouwen brengt je niet verder.’ 

Volgens Peeters bestaat er geen blauwdruk voor dit verandertraject. ‘Het lijkt wellicht een logische lijn van A naar Z, maar het proces is niet makkelijk geweest. We liepen als bestuur soms te hard van stapel, niet alleen intern voor de medewerkers, maar ook voor belanghouders. Je moet soms schipperen, een stap terug doen, maar ook enthousiast blijven.’

Dilemma’s in de praktijk
In de praktijk levert de vraaggestuurde organisatie nog vaak dilemma’s op. Een voorbeeld? Een huurder die zelf zijn huis wil verven (in ruil voor lagere servicekosten), kiest een niet-duurzame verf, terwijl de corporatie – naast betaalbaarheid – ook duurzaamheid hoog in het vaandel heeft. ‘Wat doe je dan? Medewerkers moeten leren een antwoord te geven, of het bespreken met collega’s. In dit geval kan je bijvoorbeeld als corporatie tien keer zelf de verf bepalen, en dan kijken hoe dat in de praktijk uitpakt.’    

Bestuurders Peeters en Hazeu houden één keer per jaar keukeltafelgesprekken met medewerkers en zijn door het jaar goed aanspreekbaar. ‘De worstelingen en dilemma’s maken we bespreekbaar. We stimuleren vooral dat medewerkers zélf met een oplossing komen.’

Spanningsveld
Peeters die zelf toezichthouder is in de zorg, het onderwijs en de cultuursector ziet parallellen met de beweging Toezicht met Passie. ‘Je moet als RvC binnen de kaders van de Woningwet toezicht houden, maar tegelijkertijd ruimte geven om de maatschappelijke rol van de corporatie waar te maken. Dat is een spanningsveld. Ik zie het als mijn taak om de RvC optimaal te informeren en mijn twijfel te delen. Van de toezichthouders verwacht ik dat zij alert zijn, en vragen blijven stellen, iets niet laten lopen als ze ergens niet de vinger achter kunnen krijgen.’

Volgens Peeters staat de corporatie voor complexe opgaven, en dat vraagt om professioneel toezicht. ‘Corporaties werken met veel kapitaal, en daar zijn risico’s aan verbonden. We werken met veel partners samen, daar speelt integriteit een grote rol. In een veranderende samenleving moeten we antwoord geven op vaak ingewikkelde vraagstukken die bij huurder spelen. En dan hebben we nog de interne organisatie die goed op deze ontwikkelingen moet zijn ingespeeld.’

Extern toezicht
Peeters vindt niet dat extern toezicht op voorhand meer ruimte aan corporaties moet geven. De Autoriteit Woningcorporaties (Aw) volgt de Woningwet die meer ruimte biedt dan menig corporatie denkt, stelt Peeters. ‘Wanneer wij bijvoorbeeld investeringen in leefbaarheid willen doen die de grenzen van de wet raken, dan overleggen wij in een vroeg stadium met de Aw. Dat voorkomt dat wij na afloop op de vingers worden getikt of mogelijk juridisch tegenover elkaar komen te staan.’

Meer informatie:
www.wonenlimburg.nl/Wij_zijn_Wonen_Limburg


Terug