Governancecode: Q&A

Regelmatig ontvangen Aedes en VTW vragen van leden over de uitleg en toepassing van de Governancecode Woningcorporaties 2020.

Mag ik van de Governancecode afwijken met 'leg uit'?

Afwijking met ‘leg uit’ is in de nieuwe Governancecode Woningcorporaties op een aantal bepalingen niet mogelijk, hiervoor geldt 'pas toe'. Dit zijn de vetgedrukte bepalingen in de Governancecode.

Voor de overige bepalingen geldt dat woningcorporaties daarvan af kunnen wijken als dit volgens de betreffende woningcorporatie tot een beter resultaat leidt. Hierbij dient echter nog steeds in de geest van het principe gehandeld te worden en dient de woningcorporatie op inzichtelijke wijze te onderbouwen en actief te verantwoorden (‘leg uit’) waarom zij hiervan afwijkt. Over deze uitleg kan de woningcorporatie door zowel collega’s als andere belanghebbenden worden bevraagd en aangesproken. Indien een woningcorporatie in een specifieke situatie twijfelt over de toepasbaarheid van ‘leg uit’ dan kunnen zij zich wenden tot de Commissie Governancecode Woningcorporaties van Aedes en VTW. Deze Commissie doet dan een uitspraak over de kwestie.

Iedere belanghebbende kan de corporatie aanspreken over het toepassen van de Governancecode en bij (vermeend) niet of onjuist toepassen ervan een klacht indienen bij de Commissie Governancecode Woningcorporaties. Daarnaast brengt de Commissie jaarlijks verslag uit van haar bevindingen aan de besturen van Aedes en VTW. Als de Commissie van oordeel is dat de Governancecode wordt overtreden dan kunnen de besturen van Aedes en VTW een besluit nemen over mogelijke sancties.

Mag ik bestuurder worden van de corporatie waar ik RvC-lid ben geweest?

Nee, dat is in strijd met de Governancecode Woningcorporaties. Deze bepaalt in 3.3 het volgende: Bestuursleden mogen in de drie jaar voorafgaand aan de benoeming tot bestuurder geen lid zijn geweest van de RvC van de woningcorporatie. Uitzondering hierop vormt het tijdelijk voorzien in het bestuur door een lid van de RvC bij belet en ontstentenis van bestuurders als bedoeld in 3.29.

Bepaling 3.29 luidt als volgt: In geval van ontstentenis of belet van het bestuur [voetnoot 22] kan een lid van de RvC bij hoge uitzondering voor maximaal drie maanden de rol van bestuurder op zich nemen. In dat geval treedt het lid tijdelijk terug uit de RvC en neemt dus niet deel aan de besluitvorming van de RvC. Na deze periode van maximaal drie maanden kan deze persoon weer toetreden tot de RvC. Hierbij wordt dit lid niet betrokken bij de besluitvorming over zaken die zich in die betreffende drie maanden hebben voorgedaan.

Meer informatie: Tijdelijke vervanging bestuurder door een commissaris

Voetnoot 22:  Hieronder is te verstaan de situatie dat vanuit de werkorganisatie of door inzet van een externe geen adequate oplossing voorhanden is. Dat sluit aan bij artikel 25 lid 9 van de Woningwet, waarin staat dat de statuten voorschriften moeten bevatten over de wijze waarop, in geval van ontstentenis of belet van de bestuurders, voorlopig in het bestuur wordt voorzien.

Wat bepaalt 5.8 over de benoemingstermijn en opdrachtduur accountant?

Op grond van bepaling 5.7 van de Governancecode geldt voor zowel OOB als niet-OOB corporaties dat de RvC de externe accountant (het accountantskantoor) benoemt voor steeds een periode van maximaal 4 jaar, waarbij de maximale opdrachtduur niet meer mag zijn dan in totaal 10 jaar. Van deze ‘pas toe’-bepaling kan niet worden afgeweken. In de formulering van de regel voor de maximale benoemingstermijn is geen ruimte voor een verlengingstermijn van één of meerdere jaren te lezen. In geval van fusie gaat de termijn niet opnieuw in.

Voor een OOB (corporaties > 5.000 vhe) geldt op grond van de wet dat de verantwoordelijke accountant na 5 jaar roteert en de (overige) senior teamleden na 7 jaar. Bij een niet-OOB roteren de verantwoordelijke accountant en de senior teamleden na 7 jaar.


Veel gezocht